Tim Kreukniet, Trabotyx: ‘Luister altijd naar je eindgebruikers’

19-10-2021

De provincie wil de omslag naar kringlooplandbouw versnellen. In de (boeren)praktijk moeten deze innovaties worden ontwikkeld en ingevoerd. Het Praktijkcentrum voor Precisielandbouw bij Van den Borne Aardappelen wordt daarom verder ontwikkeld tot 'Brabantse Boerderij van de Toekomst'. Hier ligt de focus op de versnelling van data gedreven telen.

De Brabantse Boerderij van de Toekomst is een samenwerking van Van den Borne Aardappelen, HAS, Wageningen UR, TU/e, ZLTO, Ministerie van LNV en provincie Noord-Brabant.

De Brabantse Boerderij van de Toekomst maakt onderdeel uit van het door het Ministerie van LNV opgezette landelijke Boerderij van de Toekomst.

In de Boerderij van de Toekomst werken boeren samen met beleidsmakers, kennisinstellingen, agrofood ketenpartijen en het hightech bedrijfsleven. Er worden nieuwe teeltsystemen, methoden en technologie getest en gedemonstreerd, zodat deze sneller en beter beschikbaar komen voor de praktijk. Vraagstukken liggen veelal op het gebied van water en bodem, herstel natuurwaarden en biodiversiteit in de landbouw, maximaal gebruik van reststromen, hoe om te gaan met een teveel en een tekort aan water.

Updates

Hij is één van de sprekers op de tweede Data Driven Agrifood Future conferentie: Tim Kreukniet, ceo van Trabotyx. De ontwikkelaar van een kleine robot voor de landbouw om nauwkeurig onkruid te wieden. Momenteel wordt deze robot volop getest op de akkers van boeren in Brabant, op Goeree-Overflakkee en in de Hoekse Waard.

“Onze robot zorgt dat boeren minder kopzorgen hebben over het wieden, in combinatie met lagere arbeidskosten.” 

Tekst: Hennie van de Kar-Vervooren | Fotografie: Sandra Peerenboom

Wat betekent Trabotyx?

Trab is het Tunesische woord voor bodem. Dat linkt aan de achtergrond van Mohamed Boussama, met wie ik in maart 2020 deze startup startte. Mohamed komt uit een Tunesische boerenfamilie, waar het steeds moeilijker werd om arbeid te vinden om op het land te werken. Hij was daarom al een robot aan het maken, die ervoor zou zorgen dat zijn familie gewassen van het land kon blijven halen. Trabotyx is, vrij vertaald, een technische oplossing voor de bodem.

Is Trabotyx een agri- of techbedrijf, of een combinatie?

Een combinatie! Het is een technische oplossing voor de landbouw met als doel om boeren minder afhankelijk te maken van handjes, die nodig zijn voor het wieden van onkruid. En op termijn die boeren precies kan vertellen hoe het gewas ervoor staat. Dat betekent: minder kopzorgen in combinatie met lagere arbeidskosten.

Hoe zijn Mohamed en jij samen tot Trabotyx gekomen?

We deden beiden mee aan Antler, een accelerator-programma dat individuele ondernemers met een idee voor een startup bij elkaar brengt. Mohamed was toen al bezig met de ontwikkeling van een robot die uien kan rooien. Dit vanuit zijn kennis en ervaring uit de luchtvaart- en ruimte industrie. Ik wilde me vooral inzetten op de ontwikkeling van techniek en gedragsverandering met een positieve impact op het klimaat. Dit doe ik al vanaf 2010, eerst met elektrisch vervoer en nu dus gericht op hoe techniek ingezet kan worden om meer te leven binnen de grenzen van de planeet. Vanuit Antler zijn Mohamed en ik samen doorgegaan met Trabotyx.

Wat doet de robot precies?

De robot helpt boeren bij het wieden van onkruid en automatiseert het werk dat vier arbeidskrachten in dezelfde tijd zouden doen. De belangrijkste functie van de robot is dus het weghalen van het onkruid, maar dan sneller én preciezer. Uiteindelijk wordt het een robotplatform dat al rijdend over de akker data genereert; van de hoeveelheid onkruid en het type onkruid tot de opkomst van eventuele plagen en de bodemgesteldheid. Data waar een boer vervolgens gericht acties op kan uitvoeren. Maar als ons één ding duidelijk is geworden uit de gesprekken met boeren, dan is dat zij niet zozeer geïnteresseerd zijn in meer data, maar juist in oplossingen die het werk gedaan krijgen!

Hoe weet de robot wat onkruid is en welk plantje moet blijven staan?

Alles wat met het oog detecteerbaar is, kan de robot met behulp van camera’s ook detecteren. We moeten het hem alleen wel leren. Vandaar dat we nu voornamelijk aan het testen zijn met wortelen, geteeld op ruggen. Bij dat gewas komt veel handmatig wieden kijken. En dus is bij deze boeren de bereidheid groot om er andere oplossingen voor te vinden. Als de robot goed is ‘ingewerkt’, kan hij ook worden ingezet bij andere vollegrondsgroenten.

Hoe ver is de robot al in zijn ontwikkeling?

In de huidige testfase herkent onze robot het onkruid, maar moet hij nog leren om wat hij ziet om te zetten naar een coördinaat voor de vervolgacties. Overigens willen we de robot uitrusten met een camera achterop om het verrichte werk te controleren. Boeren hebben vaak geen zicht op de resultaten van het handmatig wieden door arbeidskrachten. Met een camera achter op de robot wordt het resultaat meteen zichtbaar. Dankzij een investering van de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) en enkele particuliere investeerders kunnen we de ontwikkeling van de robot en daardoor de marktintroductie versnellen.

Wat zijn de reacties van de boeren?

Het resultaat is nog niet bewezen, dus zijn de boeren sceptisch. Een nieuwe techniek moet eerst impact hebben op hun bedrijfsresultaat voordat zij er echt enthousiast over kunnen zijn. Daarbij kunnen ze niet varen op enkel beloften. De aanschaf van de robot betekent voor hen een flinke investering. Als hun investering niet het gewenste resultaat oplevert, brengen zij de continuïteit van hun bedrijf in gevaar. Om dat risico uit te sluiten, betalen boeren Trabotyx alleen per gewiede hectare. Overigens merk ik steeds opnieuw dat boeren enthousiast worden als ze ons een kwartier met de robot in de weer hebben gezien op hun akker. Een ‘leuk apparaat’ noemen ze het. Dan zie ik hun ogen gaan twinkelen en worden zij nieuwsgierig naar deze aanpak.   

De inzet van hightech op de akkers kan ook kwetsbaar maken, want wat doe je als de techniek uitvalt?

Dat is een vraag die boeren vaak stellen. De robot werkt op een batterij. We werken met een batterijwisselsysteem waardoor een lege batterij snel te vervangen is. Daarnaast ontwikkelen we een back-up systeem. Als er regionaal zo’n twintig robots tegelijk aan het werk zijn, zijn er twee back-up robots beschikbaar. Als er één uitvalt, gaat de rest gewoon verder.

Jullie zijn gevestigd in Jamfabriek in ’s-Hertogenbosch. Waarom deze keuze?

In Jamfabriek zijn allemaal agri & foodgerelateerde bedrijven gevestigd die samen werk maken van de toekomst van ons voedsel. Net zoals wij dat doen. We kunnen gebruik maken van allerlei faciliteiten en er is een food community. Zeker in de startupfase is ondernemen een eenzame bezigheid. Dan is het fijn om je te kunnen spiegelen aan collega-ondernemers. Overigens ben ik daar nog niet veel aan toe gekomen want we waren met ons team –inclusief zes engineers uit Nederland en Tunesië - vaker op het veld om te testen dan op kantoor. Ik kan al wel zeggen dat van alle WhatsApp groepen waar ik deel van uitmaak, die van de Jamfabriek veruit het meest actief is.

Wat wordt jouw boodschap op de Data Driven AgriFood Future conferentie?

Je kunt een schat aan data verzamelen maar de vraag is: zijn deze data allemaal relevant voor de eindgebruiker? Bij het ontwikkelen van een datagedreven systeem is het essentieel om te weten waar de data voor nodig zijn en waar hij of zij mee geholpen is. Luister altijd naar je eindgebruiker, is dus mijn boodschap. Ga met elkaar in gesprek, en ga naar zijn akker toe in plaats van dat je de oplossing achter je bureau bedenkt.

Tot slot, wat hoop je dat de conferentie jou zelf gaat brengen?

Natuurlijk dat we Trabotyx ook nog bij andere biologische boeren in Brabant kunnen testen, en dan in het bijzonder op hun ruggen met wortelen. Dan kunnen we die ervaringen inzetten voor het finetunen van onze technische oplossing die ervoor gaat zorgen dat boeren efficiënt en duurzaam hun land kunnen bewerken.  

Afbeeldingen

X (voorheen Twitter)

Cookie-instellingen